Werkgroep Wolf

Foto van een wolf, fotograaf Anna Stelloo Photography
Auteur: Martijn lambregts
Leestijd:
6-10 minuten
Op 22 april 2025 werd aan het eind van de ochtend een wolf aangereden op de A28 ter hoogte van Tynaarlo in de provincie Drenthe. De wolf was een jong individu en was ernstig gewond door de aanrijding. Een dierenarts is ter plaatse gekomen, verdoofde het dier en voerde in de berm een onderzoek uit om de verwondingen vast te stellen. Over deze beslissing is later een discussie ontstaan en vragen mensen zich af welke kansen de wolf gehad zou hebben bij een revalidatieproces. De werkgroep ziet geen reden om het professioneel handelen van de betrokken dierenarts ter discussie te stellen. Kritische vragen zijn begrijpelijk, maar het publiekelijk beschuldigen van een dierenarts van onbehoorlijk of onethisch handelen zonder feitelijke grond achten wij onterecht en ongepast. Met dit artikel willen wij bijdragen aan een beter begrip van de veterinaire en ethische overwegingen die in dit soort situaties een rol spelen.
Aangereden wolf op de a28 bij Tynaarlo
Foto: Harm Meter/Persbureau Meter
Om te beoordelen of euthanasie in dit geval de beste beslissing was, legden wij deze casus voor aan verschillende gespecialiseerde dierenartsen en organisaties in binnen- en buitenland met ervaring in de beoordeling en opvang van wilde dieren zoals de wolf. In totaal ontvingen wij 6 reacties, waarvan 3 inhoudelijk hebben gereageerd, 2 hebben zich anoniem geschaard achter de reacties en 1 heeft enkel aanvullende vragen telefonisch beantwoord ten gunste van dit artikel, en wenst tevens anoniem te blijven.
Langs de weg
Zonder voorafgaand beeldvormend onderzoek (zoals röntgen of CT) zijn veel van de vastgestelde verwondingen bij een verdoofd dier ook via lichamelijk onderzoek te herkennen voor een ervaren dierenarts. Zo kunnen bij een verbrijzelde dijbeenfractuur crepitaties (kraakgeluiden), abnormale beweeglijkheid en zwelling worden gevoeld. instabiliteit van het bekken en zwellingen rond de heupregio zijn vaak goed voelbaar, en kruisbandletsel in de knie kan worden gevoeld met een schuiftest. Losse botfragmenten, bloeduitstortingen en lokale zwellingen in de poot of kop zijn visueel en tactiel (voelen) waarneembaar. Zelfs een mogelijke klaplong kan op basis van auscultatie (verminderde ademgeluiden) worden vermoed. Een ervaren dierenarts kan daarmee óók zonder scan een eerste inschatting maken van de ernst van het trauma.

Inzicht van deskundigen
Twee deskundigen geven openlijk hun visie, een derde heeft verzocht anoniem te blijven. Daarnaast hebben twee buitenlandse organisaties zich aangesloten bij de reactie van Stichting voor Beren en dierenarts H. Luten. Meer informatie over deze deskundigen is te vinden onder dit artikel.
⦁ Dhr. H. Luten
Luten stelt dat het op basis van de beelden direct zichtbaar was dat het welzijn van de wolf ernstig aangetast was, mede door de stressvolle situatie. Hoewel veel behandelbaar is, benadrukt hij dat niet alles wenselijk of verantwoord is bij een wild dier: “In principe is veel behandelbaar. De vraag is echter of dit wenselijk is, ervan uitgaande dat het hier gaat om een wild dier dat geen contact met mensen wil en kent.” Volgens hem moet in dergelijke situaties niet alleen naar de mogelijkheden gekeken worden, maar ook naar de uitvoerbaarheid: er is nood aan snelle specialistische zorg, stabiele narcose, de juiste materialen én een opvang-locatie, en die ontbreekt in Nederland.
Hij waarschuwt dat langdurige revalidatie gepaard gaat met stress, gewenning aan mensen en veel onzekerheden, wat het welzijn van het dier ernstig schaadt. Hij stelt dat de wens om te helpen vaak ingegeven is door menselijk gevoel, maar dat het dier daar niet altijd mee gebaat is: “Vanuit humaan perspectief wil iedereen helpen, maar de vraag is of dit ten faveure is voor de wilde wolf of alleen voor het welzijn van de mens in kwestie bevredigd.” De beslissing moet dan ook altijd genomen worden door een dierenarts en niet door omstanders.
In dit geval acht hij euthanasie gerechtvaardigd. “Mijn professionele mening is om dit specifieke dier (Tynaarlo) zo snel mogelijk uit zijn lijden te verlossen.” Volgens hem heeft de betrokken dierenarts “volledig ethisch correct gehandeld”. Hij merkt op dat niet per se een wildlife-specialist vereist is: “Dierenartsen die honden behandelen kunnen ook een goed inschatting maken.” De sectie-uitslag bevestigde voor hem dat behandeling geen zinvolle optie was. Elk geval staat volgens hem op zichzelf: “Er is moeilijk een algemeen protocol te maken die alle calamiteiten omvat. Het gaat uiteindelijk om de wolf.
⦁ Directeur Bernd Nonnenmacher (Stichting voor Beren Duitsland)
Nonnenmacher stelt dat de beslissing tot euthanasie op basis van de beschikbare informatie verdedigbaar was. Hoewel hij inschat dat de verwondingen mogelijk behandelbaar waren, wijst hij erop dat dat op zichzelf niet doorslaggevend is. De beoordeling daarvan moet volgens hem aan dierenartsen worden overgelaten, maar hij benadrukt: “Je moet ook bedenken wat er daarna in de praktijk nodig is en hoe dat moet worden ingeschat.” In zijn ogen zou de wolf langdurige, intensieve verzorging nodig hebben gehad in zeer nauwe nabijheid van mensen. Regelmatige toegang tot de wonden zou telkens verdoving en fysieke handelingen vereisen, wat bij een wild dier als de wolf grote belasting veroorzaakt.
Zelfs als de behandeling medisch zou slagen, zou het dier volgens hem niet op verantwoorde wijze kunnen worden teruggezet in het wild. “Na wekenlang intensief menselijk contact zouden we een dier uitzetten dat geen moeite meer heeft met nabijheid van mensen.” Daarmee ontstaat volgens hem het risico op een “probleemdier”. De enige alternatieve optie zou permanente opvang zijn, maar ook dat acht hij niet geschikt: “Een wilde wolf, lynx of beer doet het doorgaans erg slecht in levenslange gevangenschap. Die dieren lijden, omdat ze weten dat er achter het hek nog een wereld is.
Nonnenmacher benadrukt dat het bij ernstig gewonde wilde dieren niet alleen gaat om het redden van het leven, maar om de vraag of er een realistisch perspectief is op terugkeer in de natuur. “Alleen het leven redden is geen doel op zich.” In dit geval meent hij dat revalidatie niet tot een aanvaardbare uitkomst had geleid. Zijn conclusie luidt dan ook: “Voor dit arme dier was dit waarschijnlijk het beste.
⦁ Anonieme organisatie
Een organisatie die regelmatig gewonde wilde dieren opvangt, reageert in algemene zin op de manier waarop besluiten over behandeling of euthanasie genomen zouden moeten worden. Volgens hen beschikken wolven over een opvallend sterk herstellend vermogen en is het “niet correct en niet ethisch om euthanasie op straat uit te voeren zonder een zorgvuldige medische controle van de werkelijke toestand van het dier.
Zij geven aan dat het altijd noodzakelijk is om eerst gerichte veterinaire diagnostiek toe te passen, en vinden dat elke beslissing eerlijk en realistisch moet zijn ten opzichte van wat medisch en beheersmatig haalbaar is. “Elke keuze moet goed doordacht en oprecht zijn.” Hoewel zij niet inhoudelijk ingaan op deze specifieke casus, pleiten zij voor een zorgvuldige individuele afweging op basis van het welzijn en het herstelpotentieel van het dier.

Deskundigen bevestigen de juiste handelswijze
De keuze om de aangereden wolf bij Tynaarlo te euthanaseren leidde tot online discussie, maar onder de geraadpleegde deskundigen is er opmerkelijk veel eensgezindheid. Zowel dierenarts H. Luten als Stichting voor Beren en de anonieme reacties oordelen dat de verwondingen ernstig waren en dat, zelfs als medische behandeling technisch mogelijk zou zijn, dit niet automatisch betekent dat dit ook wenselijk is. De benodigde langdurige revalidatie, het ontbreken van geschikte opvang in Nederland, en de onvermijdelijke stress en menselijke nabijheid zouden het welzijn van het dier zwaar hebben belast. het risico op gewenning aan mensen en daarmee problematisch gedrag bij terugplaatsing werd door hen expliciet genoemd.
De keuze voor euthanasie wordt daarom beoordeeld als professioneel en ethisch verantwoord. De betrokken dierenarts heeft op basis van direct zichtbaar letsel, zonder aanvullend beeldvormend onderzoek maar met veterinaire ervaring, een zorgvuldige inschatting gemaakt. Ook andere organisaties onderstrepen dat het redden van het leven geen doel op zich is. Het gaat om het welzijn van het dier en de haalbaarheid van terugkeer in de natuur. In dit geval stond het belang van het dier centraal en dat maakt de beslissing volgens de geraadpleegde deskundigen terecht.

Over de geraadpleegde deskundigen
Dhr. H. Luten
Luten is een dierenarts met ruim veertig jaar ervaring in de diergeneeskunde, met specifieke deskundigheid op het gebied van roofdieren. Sinds 1989 is hij werkzaam als wildlife-dierenarts en al decennialang betrokken bij het welzijn en de gezondheidszorg van dieren in dierentuinen. Hij heeft praktijkervaring met zowel wilde wolven als wolven die in gevangenschap worden gehouden, en is vanuit die expertise betrokken bij medische beoordeling, behandeling en ethische afwegingen rondom ernstig gewonde wilde dieren zoals wolven.
Je leest zijn reactie hier.
Stichting voor beren
STIFTUNG für BÄREN – Wildtier- und Artenschutz is een Duitse organisatie die actief is in wildbeheer en opvang van wilde roofdieren. In samenwerking met het ministerie van Milieu van Thüringen vangen ze gewonde dieren zoals wolven, lynxen en beren op na bijvoorbeeld een aanrijding. In hun opvangfaciliteiten beschikken zij over speciale voorzieningen voor de verzorging, revalidatie en -indien mogelijk- terugplaatsing in het wild. Wanneer terugkeer niet haalbaar blijkt, kunnen dieren permanent in hun opvang verblijven. De stichting heeft ruime praktijkervaring met medische beoordeling, rehabilitatie en opvang van ernstig gewonde wilde roofdieren.
Je leest hun reactie hier. 
Anonieme buitenlandse organisaties
Deze organisaties zijn actief in de opvang en revalidatie van wilde dieren, met specifieke expertise in het werken met soorten zoals de wolf. Zij hebben ervaring met het verzorgen van dieren die gewond zijn geraakt door onder meer aanrijdingen, vergiftiging of stroperij. Daarnaast houden zij zich bezig met langdurige rehabilitatietrajecten, gericht op herstel van natuurlijk gedrag en conditie, zodat herplaatsing in het wild verantwoord kan plaatsvinden.